|
Vanaf Sun Moon Lake vertrokken we met de bus naar Puli terug. We hadden geen idee hoever we diezelfde avond zouden komen, maar we waren vastbesloten om in ieder geval weg te gaan bij de camping en we dachten: we zien wel waar we stranden. We kregen in de bus al snel hulp van een vriendelijke Taiwanees, die net als wij naar Taichung ging. Ergens in een vage straat in Puli moesten we uitstappen en hij leidde ons naar een eetstandje die blijkbaar ook buskaartjes verkocht en een minuut later zaten we alweer in de bus naar Taichung. Dat ging wel soepel dus. We moesten naar het treinstation in Taichung, waar we een trein naar Chiayi wilden nemen. De Taiwanees moest al eerder uit de bus, maar hij stuurde zijn zusje met ons mee, die ons het treinstation wees. Ook daar ging het erg gemakkelijk, de man achter het loket begreep meteen welke stad we bedoelden en weer een paar minuten later zaten we in de juiste trein. We hadden niet verwacht dat we diezelfde avond helemaal zouden komen waar we wilden, maar het zat ons erg mee.
Vanaf Chiayi gingen we de volgende dag met een bergtrein naar Alishan, een nationaal park.

Een palmbomenbos onderweg.

Een uitzichtfoto vanuit de trein.

De bergen van Alishan liggen bijna altijd in de wolken. Dat geeft een beetje een spookachtig effect en is wel erg mooi om te zien van bovenaf.

In Alishan hadden we maar een paar uur om rond te lopen, want we moesten de laatste bus terug hebben naar Chiayi. Het dorpje Alishan was een heel fout toeristisch circus en we waren blij dat we daar niet hoefden te blijven. Het park zelf was wel erg mooi en we hadden er graag nog wat langer willen rondlopen. Er waren veel "giant treetrunks" en duizenden jaren oude bomen, die wel heel gaaf waren om te zien. Deze foto is van de three generations tree, een boom die in drie delen is gegroeid op zijn oude wortels.


Terug in Chiayi hebben we nog even een typisch Taiwanese straat op de foto gezet, vol met onbegrijpelijke, grote uithangborden en eindeloze rijen geparkeerde scooters.
|